ICT
Bij ICT leer je omgaan met de computer en werken met internet.
Je leert:
- op internet surfen
- adressen zoeken
- informatie opzoeken met zoekmachines
- bestanden opslaan op de computer
- afbeeldingen zoeken en opslaan
- een werkstuk maken met gebruik van het internet
Detail
Bij detail werk je meestal in groepjes en mag je zelf kiezen over welke onderdelen je meer wilt leren. Naast de theorie zijn er praktische leer- en oefenopdrachten:
kantoorlessen
- typeles, computergebruik en tekstverwerken
- kopiëren, inbinden, afrapen, post verwerken
- telefoonafhandeling en baliewerkzaamheden
- bonnen schrijven, lijsten invullen, enz.
winkellessen
- prijzen, spiegelen, opruimen en inpakken
- een verkoopgesprek voeren, de kassa bedienen, de emballage verzorgen en etaleren
- magazijnwerk, koffiezetten en presenteren
- prijsaanbiedingen maken
Beroepenoriëntatie
Je leert bij beroepenoriëntatie:
- welke beroepen het best bij jouw interesse aansluiten
- hoe je je correct moet gedragen in een werksituatie
- een goede beroepskeuze te maken
Ook ga je verschillende stagebedrijven bezoeken en word je geholpen een goede stageplaats te kiezen.